Klik voor foto Klik voor foto Klik voor foto
 Klik voor foto Klik voor foto Klik voor foto
 Klik voor foto Klik voor foto
 
“De branche is transparanter en professioneler geworden”
 
Henk Knol over 25 jaar KIM en keukenmarkt
In april is het 25 jaar geleden dat Henk Knol aan het werk ging voor vakblad KIM. Een kwart eeuw, waarin hij de keukenmarkt zag transformeren tot een professionele branche waarin samenwerking en respect voor elkaar steeds meer centraal staan. Zelf begon hij als eindredacteur voor KIM, maar werd hij al vrij snel benoemd tot hoofdredacteur, een rol waarmee hij jarenlang het gezicht was van het vakblad voor de keukenbranche. Eind vorig jaar deed hij een stapje terug; met het oog op zijn naderende pensioen droeg hij het hoofdredacteurschap over aan collega Daniëlla Elshof, maar nog altijd is hij twee dagen per week achter de schermen actief voor KIM. Nog geen afscheid dus van de keukenmarkt, daarvoor vindt hij de branche én het werk nog altijd veel te leuk. We spraken met Henk over 25 jaar KIM en keukenbranche.
 
Vakblad KIM werd 40 jaar geleden opgericht door uitgeverij Bruil uit Doetinchem. De uitgever importeerde buitenlandse vakbladen en één van die bladen was het Duitse blad ‘Die Moderne Küche’. Het blad werd in ons land verspreid in het Duits, tot het geniale idee ontstond: laten we het gaan vertalen naar het Nederlands. Zo geschiedde. Letterlijk vertaald uit het Duits had Nederland zijn eerste vakblad in de eigen taal: ‘De moderne keuken’.

Met het ontstaan van de keukenmarkt in Nederland in de jaren 80, ontstonden ook de ontwikkelingen op de Nederlandse markt. Een echt eigen vakblad, met een Nederlandse redactie en eigen nieuws, leek vervolgens een logische stap. Zo ontstond KAM: Keuken en Afbouw Magazine. Grappig detail: passend bij de naam, kreeg elke nieuwe abonnee een kammetje cadeau als welkomstgeschenk. KAM werd behalve in Nederland ook verspreid in België. Laat in sommige delen van Vlaanderen ‘afbouw’ nou ‘slopen’ betekenen. Keuken en Slopen Magazine… dat was toch niet zo’n handige naam, waarop besloten werd de naam van het vakblad te veranderen in Keuken en Interieur Magazine. Oftewel KIM. “De branche sprak al snel over ‘de KIM’ en dat is altijd zo gebleven, zo zijn we het zelf ook KIM gaan noemen.” Ruim 20 jaar geleden nam de huidige uitgever, Qumedia, KIM over.

Zelf kwam Henk in 1997 bij KIM. In eerste instantie als eindredacteur, maar al vrij snel werd hij als hoofdredacteur het gezicht van het vakblad.

Hoe kwam je bij KIM terecht?
“Ik heb eerst tien jaar voor de klas gestaan, in het middelbaar onderwijs als docent Geschiedenis en Nederlands. In die tijd schreef ik ook verhalen voor tijdschriften en die werden gelezen door een hoofdredacteur van een vakblad voor de levensmiddelenbranche. Die vroeg mij vervolgens of ik een project voor hem wilde doen. Dat vond ik zo interessant dat ik me ben gaan omscholen; ik was al bezig met een NIMA opleiding. Vervolgens heb ik de overstap gemaakt naar de vakblad journalistiek. Op een gegeven moment werd ik door de uitgever van vakblad KIM gevraagd daar te komen werken en daar heb ik ‘ja’ tegen gezegd. Ik vond het een leuk blad en het leek me een boeiende markt. Dat heb ik goed ingeschat, want hoewel ik daarvóór een echte jobhopper was, zit ik 25 jaar later nog altijd bij KIM.”

“Bij KIM ben ik begonnen als eindredacteur, maar toen het blad werd overgenomen door Qumedia werd ik tot hoofdredacteur benoemd. Na enige twijfel aanvankelijk, want een hoofdredacteur hoort álles van de markt te weten, vond ik. Zover was ik voor mijn gevoel nog niet, maar die kennis kwam gelukkig vanzelf. Ik weet nog altijd niet helemaal hoe een keuken technisch in elkaar zit, maar weet ondertussen wel hoe de markt in elkaar zit en welke trends er spelen. Na 25 jaar ken ik de keukenmarkt van haver tot gort.”

Herinner je jouw eerste KIM nog?
“Op de cover van mijn allereerste KIM stond een blauwe landhuiskeuken van Eggersmann. Mijn eerste echte kennismaking met de branche was toen ik met collega’s meeging naar de Küchenmeile; allerlei bedrijven bezoeken om een indruk te krijgen van de keukenmarkt. Ik vond het meteen interessant en heb die beurs elk jaar met veel plezier bezocht. Echt een hoogtepunt van het jaar.
Mijn eerste afspraak in Nederland was een Open huis van Whirlpool en vervolgens bracht ik een bezoek aan de Alno fabriek in Duitsland. Dat was destijds samen met een groep retailers.”

Wat was KIM, toen jij het leerde kennen, voor blad?
“KIM schreef destijds vooral over keukenkastjes en design. De keukenmeubelen stonden centraal. Het blad had destijds al een reputatie als goed blad, maar het was wel wat eenzijdig. Ik vond persoonlijk dat het nieuws vooral begon te komen uit de apparatuurhoek en later van de werkbladen, maar onze uitgever destijds dacht daar in eerste instantie anders over. Gelukkig hebben we vrij snel toch de switch gemaakt en zijn we over de hele branche gaan schrijven. En dat is nog steeds zo.”

Van welke contacten in de branche heb jij veel geleerd?
“Op het gebied van apparatuur noem ik dan Frans-Anno Tweebeeke van BSH en qua werkbladen Jan Hogerbrugge van Dekker. Als ik iets wilde weten kon ik bij hen terecht en vertelden zij mij hoe dingen in elkaar zaten. Daar heb ik veel aan gehad. Daarnaast heb ik altijd veel geleerd over design van verschillende ondernemers, retailers. Ik herinner me nog dat ik tijdens mijn eerste reis naar Alno met één van de retailers door de showroom liep en hij mij vertelde welke keukens een succes zouden gaan worden in Nederland. Dat klopte precies. Je leert de markt kennen door veel met mensen uit de branche te praten. Het was fijn dat er mensen waren die de tijd namen om mij wegwijs te maken.”

Wat is jouw meest bijzondere herinnering, terugkijkend op 25 jaar keukenbranche?
“Mijn reis naar Shanghai hoort daar zeker bij. Er zou daar een nieuwe beurs op het gebied van tegels opgestart worden en ik mocht een kijkje nemen om te zien of dat wat zou zijn voor de Nederlandse markt. Als ik toch in Shanghai was, zo had ik bedacht, dan wilde ik ook verschillende bedrijven bezoeken. De luxe showroom van Poggenpohl bijvoorbeeld. Door communicatieproblemen had ik nog geen reactie ontvangen of dat bezoek mogelijk was. Dus besloot ik op de bonnefooi met een taxi naar de showroom te gaan. ‘Hallo, ik ben Henk Knol uit Nederland.’ Waarop de medewerkers daar tot mijn grote verbazing zeer vriendelijk antwoordden: ‘Oh hello mister Klong -zo spraken ze overal in Shanghai mijn naam uit-, we wisten dat u kwam. Welkom in de showroom. We zouden gaan verbouwen maar we hebben speciaal de verbouwing twee weken uitgesteld omdat we hoorden dat u langs zou komen.’ Gelukkig maar dat ik gegaan was dus…. Het Nederlandse KIM werd met alle egards ontvangen daar in China. Die nieuwe tegelbeurs bleek voor Nederland overigens niet zo interessant.”

Een ander leuk verhaal: ik werd gebeld door een keukenfabriek uit Italië, die het zoveelste Italiaanse merk op de Nederlandse markt wilde brengen. Italiaanse merken deden het destijds niet meer zo goed hier, maar het klonk serieus en zij wilden hun plannen graag delen met vakblad KIM. Afijn, er werd een afspraak gemaakt in het Hilton Amsterdam; hij nam een vliegtuig vanuit Venetië naar Schiphol, speciaal voor ons gesprek, en pakte vervolgens de eerste vlucht weer terug. Hij vertelde een prachtig verhaal over hoe zij de Nederlandse markt gingen benaderen, ik heb er een mooi stuk over geschreven, maar een half jaar later zagen ze toch maar van het plan af.”

“Ook noemenswaardig vind ik de crises die er zijn geweest in de branche, zoals 2008 tot 2012, en te zien hoe de branche er weer bovenop kwam. Vóór de crisis was niks te gek, het kon allemaal niet op. Daarna werd alles veel professioneler en georganiseerder. De woon- en keukenmarkt hadden flinke klappen gehad, dus professionalisering was noodzaak. Tijdens de crisis daarvóór, begin jaren tachtig, stond ik voor de klas; die crisis ging eigenlijk helemaal langs mij heen, maar die heeft de markt wel veranderd. Daarna ontstond er veel meer samenwerking, meer ketens. De crises hebben de markt ook zeker wat gebracht. Door de toegenomen samenwerking kent iedereen in de keukenbranche elkaar heel goed. Of je nou een keukenspeciaalzaak in het Noorden of Zuiden van het land hebt, ondernemers weten van elkaar wie ze zijn. Mensen willen van elkaar leren, voelen een band met elkaar. Grote concerns en later online verkopers, worden niet alleen maar argwanend bekeken, maar worden inmiddels gezien als onderdeel van de branche. Er is respect voor elkaar.

Toen ik vijftien jaar geleden eens aan iemand vroeg wanneer de keukenmarkt volwassen zou worden, was het antwoord: ‘nooit’. Maar ik denk dat dat veranderd is. De markt is professioneler geworden. Er wordt door consumenten ook minder geklaagd over de keukenzaken. Vroeger hoorde ik op verjaardagen vaak klachten over wat er allemaal fout gegaan was met de nieuwe keuken, of dat ze zich belazerd voelden, maar dat is tegenwoordig niet meer zo. Mensen hebben weer zin om een keuken te kopen en ik hoor zelden klachten. Ik denk dat de keukenmarkt dus zeker meer volwassen is geworden. Dat merk je ook als je ziet hoe Duitsland naar ons kijkt. De Duitsers hebben enorme bewondering voor Nederland. Omdat we heel snel inspelen op trends, maar ook vanwege de kwaliteit van de showrooms in Nederland. De Nederlandse keukenmarkt loopt al jarenlang echt voorop.”

Hoe heb je de keukenbranche zien veranderen in de afgelopen 25 jaar?
“Het is veel professioneler geworden. En hoe de ondernemers met elkaar omgaan is echt respectvol. In mijn beginjaren werd er met meer wantrouwen naar elkaar en naar grote concerns gekeken. Tegenwoordig leert men liever van elkaar en gaat iedereen uit van eigen kracht.”

Onder het mom ‘vroeger was alles beter’: zijn er dingen die je voorheen beter of leuker vond in de branche?
“Er waren vroeger veel meer ‘papa en mama zaken’, die nergens bij aangesloten waren. Dat heeft natuurlijk ook z’n charme. Maar die winkels lopen met name in crisistijd tegen problemen aan. Automatisering, marketing… je kunt het vandaag de dag eigenlijk niet meer allemaal alleen doen. Op elke hoek van de straat een kruideniertje, dat klinkt hartstikke leuk, maar uiteindelijk gaan we toch en masse naar de grote supermarkt waar ze alles verkopen. Die ‘papa en mama zaken’ waren dus zeker leuk, maar de tijd heeft laten zien dat daarbij samenwerking echt nodig is.”

Zijn er branchegenoten die er 25 jaar geleden al waren en met wie je samen bent ‘doorgegroeid’ in de branche?
“Mensen als Henk Koehorst, Ben Mandemakers, die waren er al toen ik begon en die zijn er nog steeds. Ben van Elk en andere collega’s bij Dekker. Er zijn zeker nog mensen uit de begintijd, maar de laatste jaren zijn er ook heel wat mensen gestopt. Logisch, dat zijn de 70plussers van nu. Wat ik als jammer heb ervaren, is dat er aan leverancierszijde soms te snel personeelswisselingen waren; elke drie jaar een nieuwe manager, dan ontstaat er niet echt binding met de markt. Dan denk je eerst aan je eigen bedrijf voor je naar de toekomst kijkt vanuit branche-belang. Tegen de tijd dat ze daaraan toe zijn, zit er alweer een ander. Dat het branchebelang vaak ondergeschikt is, zie ik als een nadelige ontwikkeling. Investeringen in branche-events en congressen worden dan niet meer als prioriteit gezien.”

Wat maakt de keukenbranche zo leuk?
“Vooral het ons kent ons. Het is een overzichtelijke markt met prettige mensen die altijd graag met ons als vakblad willen communiceren. KIM is altijd welkom geweest om verhalen op te tekenen. En we zijn als vakblad altijd serieus genomen. Het was en is echt het blad van de branche. Dat komt ook omdat wij als vakblad eraan hebben bijgedragen de markt transparanter te maken. In het verleden gingen de grote partijen uit de branche een week per jaar met elkaar op pad, vertelden elkaar wat ze wisten over de markt en daarna ging iedereen weer naar huis en hield de uitgewisselde informatie bij zich. Met het marktonderzoek van Qudata en branchereportages hebben wij cijfers en informatie op straat gelegd, waardoor ook de ‘gewone’ ondernemers weten wat de ontwikkelingen en trends zijn. En, wij durfden kritisch te zijn. Als eerste vakblad in de markt hadden wij het over potentieel gevaarlijke ontwikkelingen, we vertelden hoe de grote marktpartijen in elkaar zaten.”

Wie of wat moeten de komende jaren in de gaten gaan houden in de branche?
“De markt zal zich voortdurend in een rustig tempo ontwikkelen. Dingen als virtual reality zijn zeker in opkomst, maar het is niet morgen ineens overal een gegeven. Alles kost tijd, maar het staat nooit stil. Het zijn continue ontwikkelingen. Toen ik begon, werd er nog gepubliceerd of magnetrons wel veilig waren. Dat is tegenwoordig een gegeven. Toen kwamen de stoomovens, de kokend waterkranen, nu zie je dat iedereen een plasmafilter in zijn afzuigkap wil hebben. En er komt weer een nieuw apparaat aan, de waterontharder. Werkbladen worden steeds luxer. Er komen voortdurend nieuwe apparaten en trends bij en dat zal altijd doorgaan.

In tijden dat het goed gaat, zoals nu, zie je ook voortdurend nieuwe formules opkomen. Het is de vraag wie daarvan over tien jaar nog bestaan. Als er geld verdiend kan worden schieten de winkels als paddenstoelen uit de grond, maar of dat de blijvers zijn is de vraag. De keukenondernemers die echt liefde hebben voor het keukenvak, die zullen overeind blijven. En hetzelfde geldt voor vakbladen. Ook die komen en gaan, maar KIM bestaat al 40 jaar en ik ga ervan uit dat dat de komende 20 jaar niet anders wordt.”

Wat zou jij de branche als ‘oude rot in het vak’ nog mee willen geven voor de komende jaren?
Nog wijze woorden voor de nieuwe generatie keukenspecialisten?

“Zorg dat je qua know how op peil blijft. Opleiding is van levensbelang. De consument komt al heel goed geïnformeerd binnen en als keukenspecialist moet je altijd meer weten dan de klant. Zorg dat je bijgeschoold wordt. En lees vooral je vakblad! Voor elke keukenondernemer en zijn medewerkers geldt: blijf levenslang leren.”
 
 
◀ Terug Delen
 
KIM• Keuken & -Interieur Magazine | 2022 - maart | Pagina(s) 14
 
Gerelateerde bedrijven
Relevante publicaties
Uw mening
U heeft al eerder aan de huidige stemming(en) deelgenomen.
 
Klik hieronder om de resultaten van de laatst gehouden stemmingen te bekijken