In de afgelopen jaren deed researchbureau Qudata Markt- & Trendanalyses onderzoek in segmenten van de woonbranche, zoals keukens, badkamers en apparatuur. Aan gemiddeld 500 consumenten per segment, die recent een aankoop hadden gedaan of dat binnenkort van plan waren, werd gevraagd naar de rol van internet en van de winkel daarin. Wanneer we deze segmenten samenvoegen, komen we tot opmerkelijke ontwikkelingen.

Wijze van aankoop
“Het herstel van de Nederlandse economie zet door”, zo meldde het CBS halverwege het jaar 2015. “Dit jaar groeit het BBP met 2,0 procent en volgend jaar met 2,1 procent. Dit positieve beeld is in lijn met de ontwikkelingen elders in Europa, waarbij de groeicijfers van Nederland aan de bovenkant van de bandbreedte zitten. Alle bestedingscategorieën dragen bij aan het herstel.”
De consument besloot over te gaan tot grote aankopen, maar deed dat anders dan in voorgaande jaren. Het aandeel van internet-aankopen nam namelijk toe van 12 procent in 2014 naar 22 procent in 2015.
Tegelijkertijd nam de rol van de winkel af, van 76 procent in 2014 naar 69 procent in 2015. Was de rol van de winkel daadwerkelijk uitgespeeld?
Dit jaar, in 2016, gaven de respondenten echter aan, dat aan deze neergang van de betekenis van de winkel een ommekeer was gekomen. In 2016 gaf 72 procent aan, dat de aankoop plaatsvond via de winkel. Het aandeel van internet nam af van 22 procent naar 16 procent. Het jaar 2016 gaf een herstel weer van de woonwinkel.

Informatie
Naast de wijze van aankoop, werd er ook gevraagd naar informatievoorziening rondom deze aankopen. ‘Wat zijn voor u de meest belangrijke manieren waarop u over producten informatie wilt uitwisselen?’
In het jaar 2015 zagen we de rol van de consumentensites en de vergelijkingssites sterk toenemen. Bijna tweederde noemde dit informatiekanaal. De rol van de showroom en de website van de winkels nam daarnaast af. Ook hierin zien we dit jaar 2016 een herstel. Het antwoord ‘Via de website of het email-adres van een winkel’ neemt toe van 46 naar 60 procent. Het bezoek aan een showroom voor informatie groeit van 72 naar 79 procent; het bellen naar een winkel van 9 naar 17 procent. De consumentensites en vergelijkingssites zagen hun rol hierin afnemen naar minder dan 50 procent. Opvallend is tegelijkertijd de toegenomen rol van informele kanalen zoals reacties via social media (onder andere Twitter en Facebook): van 4 procent naar 8 procent; en het raadplegen van familie, vrienden en kennissen, van 35 procent naar 44 procent. Ook in de informatievoorziening rondom producten neemt de betekenis van de winkel in 2016 weer toe.

Montage
Tot slot kijken we naar de rol van de winkel binnen de installatie en montage van gekochte woonproducten. In 2015 koos een toenemend percentage consumenten ervoor om deze producten zelf te monteren of installeren. Het percentage groeide van 29 procent naar 34 procent. De rol van de winkel waar men het product had gekocht bleef vrijwel gelijk: rond de 40 procent; dat geldt ook voor de hiervoor ingeschakelde vrienden en familieleden (ongeveer 15 procent).
Hierin vindt in 2016 een duidelijke verschuiving plaats. Het antwoord ‘Ik installeer/monteer zelf’ horen we beduidend minder vaak: van 34 procent daalt het naar 26 procent. Ook het percentage dat dit door vrienden en familie laat doen daalt, van 16 procent naar 10 procent. De rol van de klusbedrijven neemt weer toe, van 5 naar 9 procent. Maar vooral laat de consument de montage en installatie weer over aan de winkel waar hij of zij het product heeft gekocht: een stijging van 40 procent naar 52 procent.
Zowel in de wijze van aankoop, als in de informatievoorziening én in de montage en installatie van de gekochte artikelen zien we in 2016 een herstel van de rol van de woonwinkel.