Het Nieuwe Winkelen in de binnenstad van Tiel
 
Ondernemers kiezen voor een online platform
De ondernemers uit de binnenstad van Tiel kiezen voor een online platform, waarmee ze zich goed kunnen profileren, Ze vervullen hiermee een voortrekkersrol voor andere gemeenten in de regio. Het past binnen de ontwikkeling van Het Nieuwe Winkelen, dat een antwoord wil geven op de kansen en bedreigingen waar de lokale ondernemers individueel en collectief mee te maken krijgen.
 
Activiteiten op internet zijn natuurlijk niet onbekend bij een ondernemersvereniging. In een aantal steden leidde dat tot ideeën over ‘Het Nieuwe Winkelen’. Zo ook in Tiel; de gemeente Tiel had daarnaast ook een informatiesite over mogelijkheden binnen die stad in de Betuwe, over bijvoorbeeld het uitgaansleven. Van daaruit ontstaat een behoefte om dat sterker neer te zetten als stad- en binnenstadspromotie. Wat moeten we doen om die binnenstad aantrekkelijker te maken voor het winkelend publiek? Dat leidde het afgelopen jaar tot een stroomversnelling in samenwerking op online-gebied. We spreken met Kees van Keulen, sinds kort centrummanager in Tiel, en René van IJzendoorn, voorzitter van de ondernemersvereniging Hart van Tiel.
De start van deze ontwikkelingen ligt nog slechts een jaar achter hen, met een bijeenkomst in mei 2012 van de Kamer van Koophandel over Het Nieuwe Winkelen, georganiseerd samen met het HBD. “We wilden als ondernemersvereniging een antwoord vinden op de huidige ontwikkelingen. Dat was de aanleiding, waarna we zelf een beslissing genomen hebben om Het Nieuwe Winkelen hier te introduceren. We hadden daarbij contact met het Bureau BHNW (Beleef Het Nieuwe Winkelen), een collectief dat al in andere plaatsen als Ede en Oss actief was.”

Koplopers
Kees van Keulen: “De retail weet dat er een hele slag gemaakt moet worden; daarin heeft natuurlijk de visie van Cor Molenaar ook een belangrijke rol gehad. Maar hoe moet je die visie in de lokale praktijk doorvoeren, zonder daarvoor een team van dure consultants in te schakelen? Want er moet wel iets gebeuren! En de retailers weten ook dat ze zoiets niet in hun eentje kunnen; het moet in een collectief gedaan worden. We vonden ondersteuning op onze ledenvergadering van de ondernemersvereniging en de informatie-avonden bij het management van Beleef Het Nieuwe Winkelen. Van daaruit stonden er een paar koplopers op, key players zoals een restauranthouder, een sportzaak, een babyzaak en ook de HEMA. Het zijn niet alleen jonge ondernemers, maar bijvoorbeeld ook een wat oudere ondernemer met een muziekwinkel, die juist de verkoop via een webshop als ideaal beschouwt.”

Platform
De opstart van het project was een onderzoek naar financiële middelen, die beschikbaar waren via de gemeentelijke reclamebelasting.Ook bij het Coöperatiefonds van de Rabobank vonden we gehoor. Winkeliers binnen de ondernemersvereniging zochten naar mogelijkheden om die middelen effectief in te zetten. Het startte daarom als een promotieplatform voor ondernemers in de binnenstad van Tiel, maar om te kunnen overleven ontstonden daarbij tevens ideeën voor een e-commerce factor.
“Er bestond bij een deel van de ondernemers tijdens de informatieavonden begrijpelijkerwijs wat weerstand om de wereld van het online zaken doen te betreden: ‘Ik heb een winkel en ga geen webshop ontwikkelen’. We hebben daarom gekozen voor een belevings-site www.winkelhartvantiel.nl en daarnaast een webshop www.winkelenintiel.nl. In veel steden zie je dat je op een website een overzicht van de winkels in een stad hebt. Bij ons model hebben we daar iets aan toegevoegd: de winkelier heeft de mogelijkheid om daar een etalage van zijn winkel neer te zetten en tevens daaraan een webshop toe te voegen. Je kunt er niet alleen informatie van de winkel vinden en afbeeldingen van de producten zien, maar er ook daadwerkelijk iets online kopen. Iedere deelnemer op dat platform heeft die mogelijkheid. De deelnemers hebben bijvoorbeeld zelf toegang tot het CMS-systeem, waardoor zijzelf daadwerkelijk kennis en ervaring kunnen opdoen met het internet in de werkomgeving.”

Webshop
Sindsdien gaan de ontwikkelingen snel. Van de 200 ondernemers uit de binnenstad van Tiel -waarvan een kwart zelfstandige winkeliers die niet zijn aangesloten bij een winkelketen- zijn er momenteel, ruim een half jaar na de start in september 2012, al zo’n 50 ondernemers actief binnen het digitale etalage-platform; zelfstandige ondernemers, maar bijvoorbeeld ook de HEMA-vestiging. Ze zijn verspreid over het gehele centrum. De helft daarvan maakt inmiddels bovendien gebruik van de webshop-mogelijkheden.
“De HEMA kiest bijvoorbeeld voor alleen de etalage-functie, terwijl de winkel in baby-artikelen kiest voor de webshop-module. Zelfs een restaurant kan via de webshop in de toekomst een high tea verkopen. Ze hoeven dergelijke activiteiten nu niet meer in hun eentje doen, maar gemeenschappelijk, voor weinig kosten”, legt Kees van Keulen uit.

Stads-winkelpas
Die ‘kopgroep’ van 20 tot 25 ondernemers kijkt nu gezamenlijk vooruit naar verdere mogelijkheden, zoals het optimaal inzetten van social media, een app, het ontwikkelen van een stads-winkelpas met een spaarsysteem, WiFi... De centrummanager: “Al die zaken zullen in de toekomst een rol gaan spelen. Dan moet je dat gezamenlijk ook goed gaan promoten, anders komt het niet van de grond. Het gaat om investeren in ons platform en in marketing.”
En de ondernemers zelf? We bezoeken enkele woonwinkels. Van doe-het-zelfzaak en tegelcentrum Van Dee mag het zelfs allemaal nog wel wat daadkrachtiger: “De communicatie mag nog wel wat beter en feller. Ook in de relatie naar de gemeente, wat betreft bijvoorbeeld het parkeerbeleid. Het moet de consument aantrekkelijker worden gemaakt om naar de binnenstad van Tiel te komen.”

Optimaliseren
René van IJzendoorn: “We zijn in ieder geval goed van start gegaan. Dat moet ook wel, want de tijd is voorbij dat je iets kunt gaan onderzoeken. Je moet nu als collectief aan de slag en zaken gaan optimaliseren. Je mag geen ‘sleeping moment’ krijgen en vervallen in het oude patroon. Je wordt immers al snel weer opgeslokt door de dagelijkse werkzaamheden en je administratie. Je moet blijven groeien. Met nieuw aangesloten ondernemers; we zijn bijvoorbeeld nu in overleg met een grote zonweringzaak. Tegelijkertijd moet je ondersteunend bezig zijn en actief bezig gaan met een commissie voor het beheer van de website. En de verdere voortgang, denkend vanuit de consument en aansluitend bij de promotie van de binnenstad van Tiel. Het is voor ons een drie-jaren-plan. We mogen niet stil zitten. Hoewel er al veel gebeurd is, staan we eigenlijk nog maar aan het begin. Het zou geweldig zijn, wanneer over een paar jaar 75 tot 100 ondernemers zich bij dit initiatief hebben aangesloten.
Inmiddels hebben andere gemeenten in ons land, tot in Zeeland, al contact opgenomen om meer te weten over dit concept. Want ze zeggen: anderen praten erover, maar jullie doen het. Het Nieuwe Winkelen zal een hele inktvlek-werking hebben. Op deze manier komen we straks sterker uit de crisis, dan dat we erin zijn gegaan.”

(in kader:)
Woonwinkels
Wat woonwinkels betreft, realiseren de coördinatoren zich dat de woonconsumenten een andere groep vormen dan zij die een boek via internet kopen. “Bij wonen wil de consument het product toch eerst zelf zien. Maar in de oriëntatiefase is internet ook voor hen erg belangrijk. Er zijn online dan ook verschillende doelstellingen: op internet als binnenstad goed vindbaar zijn, vervolgens de klant naar de fysieke winkel trekken en desgewenst iets online aanbieden. Voor een winkel in de binnenstad is het belangrijk dat de consument, bijvoorbeeld in combinatie met een dagje Tiel, de winkels daar bezoekt.”
Grote woonwinkels zitten vaak in de periferie van een stad; worden zij in de toekomst ook erbij betrokken? Kees van Keulen: “We zullen in de toekomst zien hoe het allemaal zal verder groeien, als promotie van heel Tiel als winkelstad met beleving. Consumenten die eerst naar de bouwmarkt gaan, kunnen we vervolgens verleiden om daarna de binnenstad in te gaan. Maar als centrummanager heb ik natuurlijk in het begin vooral onze binnenstad-ondernemers in het vizier. Er zijn immers grote woonwinkels en modewinkels, die bewust kiezen voor de binnenstad. Keba Keukens & Badkamers bijvoorbeeld heropende recent haar winkel -na getroffen te zijn door een brand afgelopen jaar- bewust in de binnenstad en niet op het bedrijventerrein. Ook Van Dee -een doe-het-zelfzaak en tegelhandel van 800 vierkante meter met tal van artikelen, tot aan douchecabines toe- kiest voor een winkel in de binnenstad. Datzelfde geldt voor een grote modezaak als Blijdesteijn.”
 
 
◀ Terug Delen
 
WTM• Woon Trend Magazine | 2013 - juni | Pagina(s) 32,33,35
 
Relevante publicaties
Uw mening
U heeft al eerder aan de huidige stemming(en) deelgenomen.
 
Klik hieronder om de resultaten van de laatst gehouden stemmingen te bekijken