Lachen met een bakkie
 
Hoe groter ons bedrijf groeit, hoe meer ik veroordeeld ben tot een bureaustoel. Mijn hoofd wordt langzaam zo vierkant als het beeldscherm tegenover mij. Voor iemand met ADHD-light geen goede ontwikkeling. Ik ben maar al te blij als ik af en toe even mag luchten en met de monteurs op pad mag. En eerlijk, hoe leuk en hoe gezellig het ook is bij ons op kantoor: de leukste lol beleef ik toch met de mannen in de tuin bij de klant. Natuurlijk is een serieuze behandeling van de klant en een goede afhandeling van de montage van groot belang, maar een beetje humor is minstens zo belangrijk. Zo gingen we onlangs naar een Surinaamse familie in Weesp, die na een aantal bezoeken bij de monteurs te boek stonden als ;hele fijne klanten, met hele slechte koffie;. Ik werd onderweg door de monteurs met klem gesommeerd om geen koffie te vragen. En ja, dan begint het bij mij al te broeien. “Kopje koffie?” vroeg de klant nadat we de spullen in de tuin gezet hadden. “Nou graag”, antwoordde ik, “3 maal zwart, zonder suiker alstublieft”. Hihi. Die gezichten van de mannen, ik hou ervan. Hoe slecht kan een koffie zijn, dacht ik, en was eigenlijk wel in voor een warm bakkie bij deze vrieskou. Alles voor warme handen. Daar kwam ik na de eerste slok al op terug. Kannonnen, zo slecht had ik het nog nooit gedronken. Ik besloot met mijn kopje in de hand even naar de bus te lopen en gooide het zwarte teer om de hoek van de schuur in de struiken van de klant. Geen handige actie, bleek een minuutje later. De heer des huizes kwam thuis, achterom de tuin in en stuitte op een rokende struik. De monteurs kwamen niet meer bij en ik moest mij natuurlijk verantwoorden. Ik hield het er maar op dat ik gestruikeld was. Tja, wat moet je anders?
Dat koffie wel vaker tot humor leidt, vertelt de volgende anekdote. Het was hartje zomer en we waren bij boer Bos markiezen aan het monteren. Boer Bos is ruim in de 90, zit in de varkens en dat was te merken ook. Mijn god, wat een lucht. Toen alles gemonteerd was namen we nog even tijd voor een bakkie koffie. We mochten binnenkomen, mits we de schoenen uit deden. We namen plaats in de zogenaamde ‘opkamer’ van de oude boerderij. Het leek of de tijd 50 jaar had stilgestaan. Boer Bos was verderop in de keuken druk met koffiemalen: met de ene hand stond hij aan de koffiemolen, met de andere hand stond hij voortdurend aan zijn anus te krabben. Het werkte enorm op onze lachspieren, zo erg zelfs dat het leidde tot de slappe lach in ons montagefeuilleton. Toen boer Bos met de koffie binnentrad, probeerden we onze smoelen weer strak te trekken. Dat lukte aardig, totdat we tot de ontdekking kwamen dat 1 van de kopjes een grote soepkom bleek te zijn. Blijkbaar was het koffieservies van boer Bos niet gewend aan een groot bezoek. We durfden elkaar niet aan te kijken, bang dat we in het bijzijn van de klant weer tot de slappe lach kwamen. We hielden het bewonderingswaardig vol, totdat ik voorover bukte en een kijkje nam in het kopje koffie van mijn buurman (die met de grote kom). “Hoeveel ballen heb jij?” De reactie was intens. Beide monteurs proestten het uit van het lachen en de koffie zat op het behang. Gelukkig was boer Bos zowel slechthorend als slechtziend. Tot de dag van vandaag is het voor hem een raadsel waarom wij zo moesten lachen. Bij ons is de scene de boeken in gegaan als ‘historisch hilarisch’. Elke keer als een klant nu vraagt of we koffie willen, kijken we elkaar even lachend aan om vervolgens volmondig ‘ja’ te zeggen.
 
 
◀ Terug Delen
 
ZVM• Zonvak Magazine | 2022 - december |
Categorie: Zonwering
 
Gerelateerde bedrijven
Vertaal via Google