Bouman vertelde geen 100% opbeurend verhaal. De hoogconjunctuur waarin de economie zich momenteel bevindt, wordt fors bedreigd, als de econoom. Debet daaraan zijn de stagnatie in de industrie, de onrust in de wereldorde, zoals met Trump en de Brexit en met name ook de enorme krapte op de arbeidsmarkt, met een werkloosheidscijfer van 3,3%, wat Bouman veel te laag noemt. Toch is er wat hem betreft niet meteen reden voor paniek. Natuurlijk zijn er de door hem genoemde negatieve factoren, maar daar staan positieve factoren tegenover: de binnenlandse vraag is hoog, de dienstensector groeit nog steeds, de lonen stijgen en we zien een ruim monetair- en begrotingsbeleid. Toch zullen we er rekening mee moeten houden dat er na 20 kwartalen van economische groei ook weer een recessie zal komen, aldus Bouman. Hij liet met historische grafieken zien dat België minder hoeft te vrezen dan Nederland, omdat de crisis daar de afgelopen jaren duidelijk minder impact heeft gehad. Bouman zei verder: “De ontwikkeling van de productiviteit van medewerkers in de bouw loopt erg ver achter op andere sectoren. Als het crisis is, heeft men geen geld om hier met grote innovaties te komen en als het hoogconjunctuur is heeft men geen tijd. Maar ondertussen loopt de bouw erg ver achter en zal deze serieuze stappen moeten gaan zetten.”