“Als je een goede ontwerper bent moet je alles kunnen”
 
Interieurarchitect Kees Marcelis
Het is alweer 12 jaar geleden dat designer Kees Marcelis de Badkamer Design Award van Qumedia won. Voor ons themanummer over design zochten wij de interieurarchitect/designer op in zijn nieuwe studio in Oosterbeek, waar wij met hem terugblikten op zijn ontwikkeling in de afgelopen jaren. “Ik ben veel vrijer geworden. Meer zelfvertrouwen, ervaring. Nu kan ik af en toe zeggen: fuck de regeltjes, ik doe mijn eigen ding.”
 
Zijn eigen ding doen, het is belangrijk voor Kees Marcelis. En met zijn enorme portfolio fraaie ontwerpen - van productniveau tot complete woningen en de inrichting van kantoren of een theater - plus het forse aantal prijzen dat hij in de loop der jaren won, kan hij dat ook doen. “Als je een goede ontwerper bent moet je alles kunnen.” Tien mensen werken er ondertussen bij ‘Studio Kees Marcelis’ en behalve een bijzonder fraaie studio aan de rand van het Gelderse Oosterbeek heeft de studio ook een locatie in Amsterdam, van waaruit de klantenkring in het Westen van het land bediend wordt. Een workaholic, noemt Kees Marcelis zichzelf. Maar dan wel een workaholic die iedere dag met veel liefde voor zijn werk aan de slag gaat. En zich bovendien nog altijd kan laten verrassen. “Het blijft geweldig om iets te bedenken en te zien wat we voor elkaar krijgen. Ik ben in de studio inmiddels by far de oudste van ons team. Onze jongste medewerker is 19. Het is mooi te zien hoe handig die generatie met de computer omgaat. Ik ben vaak simultaan aan het ontwerpen. Als beelddenker kan ik heel makkelijk zien wat er eventueel anders moet. Voor mij blijft het waanzinnig leuk, dat ik overal mijn stempel op kan drukken.”

Vormen en verhoudingen
Die stempel is duidelijk zichtbaar. Welkom in de wereld van Studio Kees Marcelis; wanneer je de studio binnenkomt - veel glas, met vergezichten over de uiterwaarden en de Rijn - is alles wat je om je heen ziet van de hand van de studio. Of het nou gaat om de tafel waarin je zit, de verlichting, het ontwerp van de ruimtes, de deurklinken. Overal is de hand van ons te herkennen. “We zijn altijd bezig met vormen en verhoudingen. Op welk productontwerp ik het meest trots ben? Persoonlijk vind ik de Stone salontafeltjes voor ‘Odesi’ nog altijd een heel mooi ontwerp. Vier identieke delen die samen een dynamisch geheel vormen.” Waar hij ook – terecht – trots op is, zijn de vele prijzen die hij op alle vlakken gewonnen heeft. “Toen ik voor het eerst een architectuurprijs won (de Architectuur Prijs Achterhoek 2009 voor de showroom van Daas Baksteen, red.) was dat wel een hoogtepunt. Maar ook de Badkamer Design Award 2006 was mooi om te winnen. En twee jaar geleden mochten we in Berlijn de Finest Interior Award in de categorie ‘business office’ in ontvangst nemen. Toen voelde ik me weer even een klein jongetje dat ineens een belangrijke, internationale prijs komt ophalen.” 

Duurzaam ontwerpen
Van origine is Kees Marcelis interieurarchitect. Een denker én een dromer, zo beschrijft hij zichzelf. Iemand die anderen, maar ook zichzelf, altijd blijft verwonderen, met een geheel eigen blik naar de wereld kijkt. ‘Hij ziet wat de werkelijkheid zou kunnen zijn en weet dat alles – van een lijnenspel in een gebouw tot de delicate nerven van een boomblad – iets moois in zich heeft. Schoonheid zit verweven in alles om ons heen, maar het is wel aan jezelf om dit te (h)erkennen’ zo is te lezen op de website van Studio Kees Marcelis. ‘Kijken kan iedereen, maar kun je ook echt zien?’ Het is iets dat Marcelis zeker kan en waarin hij zijn opdrachtgevers graag meeneemt. Toen hij als interieurarchitect begon, inmiddels ruim 25 jaar geleden, verbaasde hij zich regelmatig over architecten die wel een huis, maar geen interieur kunnen ontwerpen. “Een architect is iemand met smaak, gevoel voor verhoudingen. Dat dacht ik altijd, maar dat blijkt helemaal geen standaard te zijn. Vreemd voelde dat voor mij. Als je een woning ontwerpt, dan denk je toch ook na over de inrichting?” Frank Lloyd Wright, Mies van der Rohe, zij maakten huizen van binnen naar buiten. Tot aan het laatste detail. Cradle to cracle, duurzaamheid, het zijn hot items tegenwoordig, maar laten we het design niet uit het oog verliezen. Als een ontwerp rust en eenvoud uitstraalt wordt het door zijn tijdloosheid duurzaam. Tegenwoordig gaat het niet meer over het design. Er wordt gesproken over warmtepompen, zonnepanelen en duurzame ontwerpen, maar als we wat meer focus leggen op tijdloosheid wordt het daarmee automatisch duurzaam. Dat je gebruik maakt van allerlei technieken die er nu zijn, natuurlijk, het zou stom als je dat niet doet. Dat een huis uit elkaar gehaald en gerecycled moet kunnen worden, ook logisch.  Maar het mag niet ten koste gaan van het ontwerp.”

Ingetogen en verfijnd
Van binnen naar buiten ontwerpen, het is hoe hij zelf ook ontwerpt. En altijd in samenspraak met de opdrachtgevers. “Kijk maar met me mee. Mensen hoeven bij ons niet bang te zijn dat het ‘t huis van de ontwerpers wordt. Het mooiste in een proces is om te zien hoe mensen razend enthousiast de deur uit gaan. Dat ze voelen dat het ‘hun’ huis is. Zich bijna afvragen: van wie was nou eigenlijk dat ene idee…” Wat precies de signatuur van Studio Kees Marcelis is? “Vaker dan ikzelf zeggen vrienden, dat is typisch jullie handschrift. Wat in elk geval bij ons hoort: lijnenspel, nooit overdadig, een soort eenvoud. Ik hou niet van protserigheid; als je een koetshuis of kitsch wilt, moet je niet bij ons zijn. In onze ontwerpen besteden wij veel tijd en aandacht aan kleur, materiaal, verlichting. We houden niet van kille, afstandelijke huizen, proberen warme materialen toe te passen. En belangrijk: een ontwerp moet een soort van tijdloosheid hebben. Ik ben geen trendy ontwerper.” Marcelis lijkt inderdaad wars van trends. “Mensen denken vaak dat iets hun eigen smaak is en vergeten hoe enorm ze worden beïnvloed door de media of pinterest. Een stalen deur met glas, een betonvloer, de kleur groen. Steigerhout, een beetje industrieel. Allemaal hip en trendy, maar wij willen wat anders doen. Origineler zijn. En wij willen opdrachtgevers daarin graag mee die grens over krijgen.” Natuurlijk heeft hij als designer zelf ook ontwerpers door wie hij zich graag laat inspireren. Zo is Marcelis een enorme fan van de Japanse stijl. “Een van mijn favoriete ontwerpers is de Japanner Nendo. Zijn stijl is ingetogen, sober, verfijnd. En uit Italië Paola Lenti. Zij is echt een ster met kleuren. Ik hou van ontwerpen waarover nagedacht is, geen marketingarchitectuur. De ‘we zijn slim op internet en weten precies wat we moeten laten zien’ manier. Eenheidsworst. Dat is niet ons ding.”

Inspiratie
Ruim tien jaar geleden zei Marcelis in een interview met één van de vakbladen van Qumedia: “Hoe meer ik doe, hoe beter ik ontwerp.” Helemaal waar, vindt hij ook anno 2018. “Onlangs hebben we een geweldige opdracht voor iemand gedaan, een opdrachtgever die mij altijd enorm prikkelt en tot grotere hoogtes brengt. Dat had ik 15 jaar terug niet gekund. Je blijft jezelf constant ontwikkelen, je moet nieuwsgierig blijven. Een prachtig vak is het, waarbij je jezelf steeds blijft prikkelen. Ik heb recent mijn eigen huis verbouwd. Niet te braaf. Net als in mijn werk wil ik ook privé nieuwe dingen proberen. Niet ‘zoals ik het altijd doe’ maar continue uit je comfortzone treden. Het gevaar is dat ontwerpen een trucje wordt, dat je vak gaat vervelen. Daarom is reizen ook zo belangrijk en ga ik graag naar musea. Inspiratie opdoen, weg uit de hectiek, nieuwe dingen zien en altijd openstaan.”

Integreren zonwering en verlichting
Het zonnetje schijnt fel op de dag van het interview met Kees Marcelis. Halverwege het gesprek laat Marcelis de screens voor de enorme nieuwe glazen pui automatisch zakken. Hoe gaat hij om met zonwering in zijn ontwerpen? “We weten dat het erin moet en we hebben het ook nodig, dat blijkt nu wel weer. Belangrijk is dat het mooi ingezet wordt. We houden van ranke ontwerpen en willen niet te veel afleiding, Soms zie je prachtige louvre-achtige deuren als onderdeel van architectuur, maar als het gaat om screens en dergelijke is dat voor een ontwerper toch anders. We realiseren ons zeker, dat wanneer je een gebouw op het zuiden ontwerpt, je iets moet bedenken om te vooromen dat je wegsmelt of last krijgt van de zoninstraling. Natuurlijk houden we daar rekening mee, maar we willen niet dat de zonwering de aandacht van het ontwerp weghaalt.” Hij vervolgt: “Zonwering, raamdecoratie, deuren …. laten we één specifiek onderdeel niet te belangrijk maken. Het gaat om het totaalplaatje, dat moet kloppen. Dat geldt ook voor badkamers en keukens. Alles moet onderdeel van het geheel worden. Kasten bijvoorbeeld zijn voor ons altijd onderdeel van de architectuur. Ik vind het raar dat huizen opgeleverd worden waarin die niet meegenomen zijn. Je wilt als ontwerper toch niet dat mensen naar Ikea moeten om daar allerlei losse kasten te halen? Het is goed alle onderdelen al in de ontwerpfase mee te nemen. Ook zonwering. En verlichting: je kunt de meest dure spots kopen in fraai design, maar voor mij gaat het om de functie van licht. Het moet geïntegreerd worden. Niet alles afzonderlijk aandacht geven, dan wordt het niks en klopt het totaalplaatje niet meer.” 
 
 
◀ Terug Delen
 
WTM• Woon Trend Magazine | 2019 - februari |
Categorie: Design
 
Gerelateerde bedrijven
Relevante publicaties
Uw mening
U heeft al eerder aan de huidige stemming(en) deelgenomen.
 
Klik hieronder om de resultaten van de laatst gehouden stemmingen te bekijken