In branches waar veel met zzp’ers gewerkt wordt lijkt er enige paniek te zijn ontstaan over de afschaffing van de VAR. Ik heb nieuws: er is eigenlijk niets veranderd. Opdrachtnemers die voorheen pure zzp’ers waren, zijn dat volgens de nieuwe regels nog steeds. De Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA), die de afschaffing van de VAR per 1 mei bewerkstelligt, heeft één belangrijke consequentie: ook de opdrachtgever moet meedenken over de zelfstandigheid van de zzp’er die hij inhuurt. Heeft u met een daadwerkelijke zzp’er te maken, dan is er geen enkele reden tot zorg. Tot 1 mei 2017 geldt overigens een overgangsperiode om u voor te bereiden. De Belastingdienst heeft modelovereenkomsten op haar website geplaatst ter vervanging van de VAR.
Wat moet u concreet doen? Eerst bepalen of u (regelmatig) met zzp’ers werkt en wie dat zijn. Vervolgens per zzp’er beoordelen of u met de genoemde (niet verplichte) modelovereenkomsten gaat werken. Belangrijk is dat zowel opdrachtgever als opdrachtnemer feitelijk doen wat in de modelovereenkomst staat. Als bijvoorbeeld de zzp’er in een servicebusje met gereedschap van de opdrachtgever rondrijdt dan riekt dat naar loondienst. Een misverstand is dat men denkt dat door tussenkomst van een intermediair bij wie u de zzp’er betrekt de opdrachtgever geen risico meer zou lopen. Indien u bijvoorbeeld leiding en toezicht gaat geven aan die zzp’er dan wordt de arbeidsrelatie alsnog als loondienst betiteld. Ook als de relatie tussen de zzp’er en de intermediair uiteindelijk een loondienst blijkt te zijn loopt u het risico op inlenersaansprakelijkheid. U dient dit goed af te dekken in een overeenkomst tussen u en de intermediair.
Is er na controle van de Belastingdienst sprake van loondienst of een fictieve dienstbetrekking, dan krijgt u een naheffingsaanslag; met mogelijk een boete. Gebruikmaking van de modelovereenkomsten en exacte uitvoering daarvan is derhalve aan te raden!

Stephan Dunweg Voor nadere info en/of advies: www.cornelislegal.nl, tel. 06 51997674